Internationaal/Wikimedia Conference 2013/Sandra Rientjes
door Sandra Rientjes, directeur Wikimedia Nederland [Gebruiker:SRientjes (overleg) 13 mei 2013 13:16 (CEST)]
Voor mij was dit de eerste keer dat ik een Wikimedia Conferentie bijwoonde. Om te beginnen met de algemene indruk: levendige conferentie met een goedgekozen thema's voor workshops en parallel sessies. Een goede gelegenheid om mensen een hand te kunnen geven met wie ik via Skype en mail het afgelopen jaar al regelmatig contact heb gehad, maar die ik nog nooit in het echt was tegengekomen: medewerkers van de Foundation, collega-directeuren van andere chapters
Directeuren borrel
Donderdagavond zijn de aanwezige directeuren gezamenlijk iets gaan drinken in een restaurant dichtbij het congrescentrum. De chapters van Argentinië, Israel, Oostenrijk, Zweden, Frankrijk, Duitsland, Nederland en de UK waren vertegenwoordigd. Goede gelegenheid om ervaringen uit te wisselen: de opbouw van een kantoor in een vrijwillgersorganisatie, verdeling van bevoegdheden tussen bestuur en directie, FDC aanvraag etc.
FDC, vrijwilligers werven en behouden, key performance indicators
Het probleem met een goede conferentie is dat er teveel interessante sessies tegelijk zijn. Ik heb me gericht op thema's die belangrijk zijn in de WMNL strategie 2013-2015 en/of kerntaken van het kantoor: hoe werf je en behoud je vrijwilligers voor activiteiten, de FDC aanvraag, hoe bepaal je of een activiteit succesvol is geweest (key performance indicators). Interessante sessies. Uit de discussie over FDC en key performance indicators werd duidelijk dat de Wikimedia beweging bezig is met een forse professionaliseringsslag. Dat zal consequenties hebben voor de inzet die binnen een chapter nodig is inzake planning en rapportage. Zelfs voor chapters met een professioneel ondersteunend team is het een flinke opgave, voor chapters zonder professionele ondersteuning lijkt me heel erg moeilijk. Wat betreft werving en behoud van vrijwilligers kwam naar voren dat het belangrijk is om vrijwilligers de kans te geven om in activiteiten te groeien en zelfvertrouwen op te bouwen. Ook moeten vrijwilligers zich niet schuldig gaan voelen als ze tijdelijk even wat minder willen/kunnen doen: contact houden maar geen eisen stellen.